| 
			Nieuwsbrief C.O.M. Nederland
			15-10-2008 
			Ringenregeling voor beschermde vogels 
			in de praktijk versoepeld.  De ‘Regeling afgifte en kenmerken 
			gesloten pootringen en andere merktekens’, waarin alles is geregeld 
			ten aanzien van het ringen van beschermde vogels (voornamelijk 
			Europese cultuurvogels) ligt bij het ministerie van LNV al een paar 
			jaar op de stapel `te behandelen`. Maar tot voor kort zonder dat er 
			enig tempo in zat. Het aanpassen van deze regeling 
			heeft binnen het ministerie helaas ook nu nog geen hoge prioriteit.  Dat de zaak toch in een 
			stroomversnelling is gekomen kunnen wij niet zeggen, maar recente 
			gesprekken tussen C.O.M. Nederland en enkele niet aangesloten bonden 
			met Vogelbescherming Nederland heeft er toch toe geleid dat een 
			COM-delegatie op 10 juli 2008 een gesprek heeft gehad met een aantal 
			beleidsambtenaren van het ministerie.  Er is een groot aantal wijzigingen 
			doorgenomen o.a. de noodzakelijke aanpassing van verschillende 
			ringmaten. Alle wensen van de bonden zijn opnieuw genoteerd en in 
			het overleg bleek niet van bezwaren, noch bij Vogelbescherming, noch 
			bij L.N.V.  Een in de praktijk voor de 
			liefhebbers lastige regel is, dat ringen aangevraagd voor een 
			bepaalde soort vogel niet voor een andere soort vogel mogen worden 
			gebruikt, ook niet als er sprake is van dezelfde voorgeschreven 
			ringmaat. Als u bijvoorbeeld ringen voor sijzen aanvraagt, mag u 
			daar niet uw kleine barmsijzen mee ringen, terwijl voor beide vogels 
			ringmaat 2,5 mm is voorgeschreven.  In het gesprek bij het ministerie 
			was duidelijk, dat alle partijen van mening waren, dat een 
			dergelijke regeling geen enkel doel dient . Als immers in dit soort 
			gevallen wordt vastgehouden aan de regel dat de ring bij een 
			volwassen vogel niet kan worden verwijderd zonder dat de poot wordt 
			beschadigd en de juiste ringmaat wordt gebruikt, wordt aan de regel 
			voldaan  Door deze lastige regel moest de 
			liefhebber extra ringen aanvragen en dus kosten maken. Hij had niet 
			de mogelijkheid om, als de nood aan de man kwam, om een ring van een 
			andere vogel met dezelfde ringmaat te gebruiken. In de praktijk 
			blijkt bovendien dat de controlerende instanties A.I.D. en politie 
			de regel soms strak hanteren, met alle gevolgen van dien. In het 
			gesprek bleek dat de beleidsambtenaren van mening waren, dat de 
			regeling op dit punt kan worden aangepast.   Omdat er van de zijde van het 
			ministerie geen bezwaar bestaat tegen het verruimen van deze regel 
			en men daar ook bereid is om de AID ambtenaren in deze zin te 
			adviseren geeft C.O.M. Nederland het volgende advies:  Liefhebbers met beschermde vogels houden zich 
			strikt aan de regels zoals die in de “ringenregeling” is opgenomen. 
			Slechts in die gevallen waarin men bepaalde vogels moet ringen en 
			door onvoorziene omstandigheden niet beschikt over voor deze vogel 
			aangevraagde ringen, kan men voor andere vogels aangevraagde ringen 
			gebruiken, mits er sprake is van dezelfde ringmaat.  Overigens wordt bij dit advies 
			opgemerkt, dat er daarbij sprake blijft van een formeel strafbare 
			handeling.  Bestuur C.O.M. Nederland   |